Het komt in praktijk vaak voor. Een vordering op een klant blijkt niet te innen, omdat de vennootschap niet meer bestaat. De vennootschap is stilletjes ontbonden en de crediteur van de ontbonden vennootschap heeft het nakijken. Die blijft achter met een onverhaalbare vordering.
Toch is het niet bij voorbaat een verloren zaak. De kantonrechter in Utrecht gaf recent een nieuwe mogelijkheid om alsnog betaald te krijgen. Hij hield de nieuwe vennootschap aansprakelijk voor de schulden van de ontbonden vennootschap door beide vennootschappen met elkaar te vereenzelvigen.
Turboliquidatie
Een korte terugblik: de ontbinding van een vennootschap. Een vennootschap kan worden ontbonden door een besluit van haar aandeelhouders. Vervolgens wordt het vermogen van de vennootschap vereffend. Heeft de vennootschap op het moment van ontbinden echter geen baten meer, dan houdt zij onmiddellijk op te bestaan. Dat wordt een turboliquidatie genoemd.
In praktijk wordt er nogal eens misbruik gemaakt van de turboliquidatie. Vlak voor ontbinding verkoopt de vennootschap haar activa of baten aan een andere vaak nieuw opgerichte vennootschap tegen veel te gunstige voorwaarden. De verkrijgende vennootschap hoeft bijvoorbeeld geen koopsom te betalen. In een eerder artikel besprak ik de opties om in zo'n geval de ontbinding te heropenen of de bestuurder en/of aandeelhouders van de geliquideerde vennootschap aansprakelijk te stellen.
Vereenzelviging
De kantonrechter Utrecht opende recent een nieuwe route. Hij oordeelde dat de nieuwe vennootschap die de activa van de ontbonden vennootschap had verkregen, aansprakelijk was voor de schulden van de ontbonden vennootschap. De rechter vereenzelvigde beide vennootschappen met elkaar.
Vereenzelviging houdt in dat een rechtspersoon aansprakelijk kan worden gehouden voor schulden of handelingen van een andere rechtspersoon, omdat het identiteitsverschil tussen beide rechtspersonen volledig kan worden weggedacht. De rechter oordeelde dat het identiteitsverschil tussen de ontbonden vennootschap en de nieuw opgerichte vennootschap met bijna dezelfde naam, dezelfde bestuurder en dezelfde aandeelhouder, gevestigd op hetzelfde adres en werkzaam op identieke wijze als de ontbonden vennootschap, kon worden weggedacht.
Dat is opvallend, want de Hoge Raad, de hoogste rechtsprekende instantie in Nederland, oordeelde in 2000 in een ander verband dat doorbraak van aansprakelijkheid via de weg van de vereenzelviging slechts zeer terughoudend mag worden aangenomen. Het is dan ook de vraag hoe de Hoge Raad denkt over de uitspraak van deze creatieve kantonrechter.
opties voor de crediteur
Kortom, crediteuren hebben vaak het nakijken bij de ontbinding van een debiteur. Toch is het niet bij voorbaat een verloren zaak. Zo kan de vereffening onder omstandigheden worden heropend en kan de crediteur de bestuurder en/of aandeelhouder aanspreken als de ontbinding achteraf onrechtmatig blijkt. De kantonrechter Utrecht heeft nu een nieuwe route geopend: het aanspreken van een opvolgende vennootschap. Al blijft dat vooralsnog een onzekere route.
Meer weten over het verhalen van vorderingen op een ontbonden debiteur of wilt u zelf een vennootschap beëindigen en toekomstige claims voorkomen? Bel of mail mij +31 10 313 39 00 / nathalie.hubar@dvan.nl of stuur mij een berichtje via LinkedIn of Twitter.